Ga direct naar: Hoofdinhoud

‘In Café Wilhelmina staat de tijd stil, maar tikt de klok door’

Door Zoran Bogdanovic | 1 mei 2024
Wilhelmina
Foto: Max Kneefel | Koos Cornelissen aan de bar van Café Wilhelmina

Koos Cornelissen (71) noemt zichzelf een ‘brave’ gitarist, maar is tegelijkertijd rijk aan wilde verhalen over spelen voor een zaal met boze Hells Angels en als openingsact spelen voor The Clash en Iggy Pop als gitarist van de Eindhovense punkband Flyin’ Spiderz. Dankzij Koos vonden grote namen uit de jazz- en blueswereld hun weg naar het podium in Café Wilhelmina. “Maar ik kwam als mopperende klant binnen, hoor.”

“Dat was eind jaren’ 70”, vertelt Koos. “Zoals een goeie punker betaamt, kankerde ik natuurlijk alles bij elkaar: ‘Wa un kutband!’ Toen zei de eigenaar: ‘Regel jij maar een band!’ En toen heb ik op m’n verjaardag een artiest geregeld in ‘t café: Kaz Lux, maar dat zegt jou verder niks...”

De mede-eigenaar en programmeur van Café Wilhelmina zit aan de grote kroegtafel met aan zijn rechterzijde een biertje. In de vertrouwde geur van een bruin café zit een handvol jongere gasten, deels internationaal, tussen het raam en de bar te genieten van de vroege lentezon.

Café Wilhelmina staat niet alleen bekend om de grote namen die Koos binnensleepte, maar juist ook om toegankelijkheid: in plaats van een deurbeleid geldt er sociale controle. Overdag is het een huiskamer - Koos gebruikt het woord krampachtig - en ‘s avonds is er meerdere keren per week livemuziek. En op het podium is plek voor zowel gerenommeerde artiesten als jonge muzikanten.

Koos herinnert zich die ene verjaardag in Café Wilhelmina, die alles zou veranderen. Jaartallen gaan hem niet altijd goed af, maar de herinneringen zijn zo levend als toen.

Wilhelmina
Foto: Max Kneefel | Café Wilhelmina

“Dit mag je vaker doen”

Zo rond het einde van de jaren ‘70 strikt Koos dus voor zijn verjaardagsfeest in Café Wilhelmina de Nederlandse-Poolse blues-rockzanger Kazimierz (Kaz) Lux, die rond de eeuwwisseling door muziekjournalisten van OOR werd uitgeroepen tot beste Nederlandse zanger van 1960 tot 2000. Rond de tijd dat Koos hem boekte, piekte Lux in zijn populariteit met een plek in de Top 40.

“En daar kwam honderd man op af”, zegt hij met een grijns. “Dus de eigenaar zei: ‘Dit mag je vaker doen!’” Koos groeit daarna al snel uit tot de programmeur van Café Wilhelmina. Vijftien jaar later neemt hij samen met bedrijfsleider Frank van de Nieuwenhof de boel over. De twee worden fifty-fifty eigenaar van het café, waarbij Koos verantwoordelijk is voor het muzikale gedeelte.

En na die verjaardag klimmen er gerenommeerde artiesten op het podium, vooral uit de blues en jazz sferen. Een kleine greep uit de namentrommel: Herman Brood, de wereldberoemde gitarist Jan Akkerman, saxofonist Hans Dulver en ook internationale bluessterren als Joe Bonamassa. “Die stond toen op het punt van doorbreken”, vertelt de programmeur, die Bonamassa al een tijdje in de gaten hield.

Wilhelmina

Programmeren op gevoel

“Ik had eerder al een contract voor een optreden van hem getekend bij zijn boekingskantoor, voor slechts 800 gulden. En inderdaad, hij brak door. En zijn show bij ons was binnen no-time uitverkocht. Wel was hij chagrijnig: hij speelde al in Paradiso en grotere zalen. Toen moest hij ineens weer spelen in een kleine kut kroeg.”

Wat Koos zijn geheim is als programmeur? “Nou ja, dat kunstje is nog vrij simpel. Heel mijn leven heb ik in veel bands gespeeld, en van het een komt het ander hè… Mijn netwerk is echt gigantisch. Dus als je iemand belt van ‘Hé, weet je nog een leuk bandje?’, dan krijg je opeens vijf telefoontjes: ‘Wij willen komen spelen!’ Vroeger moest je bij het scouten dan eerst eens goed gaan luisteren en lezen over de band. Er was geen internet, dus vaak ging het op goed gevoel en op het vertrouwen van andere muzikanten af. En dat heeft toch allemaal best wel aardig uitgepakt.”

Soms pakt dat ook minder goed uit en speelde een band onder de verwachtingen, als die er al waren. ‘Oh jee’, dacht Koos dan. “Ja, en dan ga je achteraf gewoon liegen: ‘Nou, was leuk he!’ Om te zeggen dat ik het helemaal kut vond, dat kon ik niet over mijn hart verkrijgen. Er is hier ook nooit een band uitgefloten, of dat er ‘boe’ werd geroepen.”

Flyin Spiderz
Foto: Peter Cox | Flyin' Spiderz in Effenaar

Spuug en hakenkruizen

Zelf kreeg Koos wel het een en ander te verduren in zijn tijd als gitarist bij de Eindhovense band Flyin’ Spiderz. In de punkfase van zijn band werd hij weleens bespuugd door het publiek. “Krijg je opeens zo’n klodder op je schouder! Dat was helemaal niet leuk. Als je oude filmpjes kijkt van de Sex Pistols, dan zie je het publiek spugen naar die band, en de band terug spugen… Iedereen dacht dat het erbij hoorde.” Of hij terug spuugde? “Nee, dat vind ik echt te ver gaan. Ik was best een brave gitarist.”

Flyin Spiderz
Foto: Peter Cox | Koos Cornelissen met Flyin' Spiderz in Effenaar

Het waren uitgerekend de Sex Pistols door wie Koos aangestoken werd met punk. Dat was in 1980. Na drie uur in de rij gestaan te hebben voor de ingang van de Effenaar, rende Koos de zaal in. “En daar heb ik de hele avond van twee meter afstand de Sex Pistols door me heen laten gaan. Toen dacht ik: ‘We moeten harder, sneller spelen!’” Immers was dit 1980, toen de krakers- en punkscenes huishielden in Eindhoven, Nederland en Europa. De rest van de band dacht er dan ook precies hetzelfde over. “We kregen meer lef en op de een of andere manier gold dat voor iedereen in die tijd.”

Sex Pistols
Foto: Peter Cox | Sex Pistols in Effenaar

De muzikale switch - daarvoor waren ze een pub rockband met 'Engels-georiënteerde Rhythm & Blues, “de voorloper van punkmuziek”, vertelt Koos in een nagesprek - leidde ertoe dat ook het publiek van de band veranderde. Af en toe bezochten leden van de Hells Angels de concerten van Flyin’ Spiderz. Tijdens een optreden in Hilversum waren het er opeens dertig, allen met een boze blik. Enkelen droegen hakenkruizen en deden de hitlergroet.

“En dan zongen wij een anti-soldatenliedje tegen oorlog… Toen waren we echt heel bang. We besloten dat lied ook niet meer te zingen. Als band kan je vreselijk van zoiets schrikken. Je weet niet half wat je aangericht hebt, en opeens denk je, ‘Laten we gewoon zingen over liefde, ofzo.’” Die punkfase duurde twee jaar. “Toen gingen we de kant van de melodische muziek op, een beetje richting Bowie, een beetje richting Roxy Music.” Na nog twee jaar stopte Flyin’ Spiderz met optreden.

Met de band speelde Koos enkele voorprogramma's voor punkband The Clash - “Die groetten je met ‘Fuck off!’, punkjongens onder elkaar” - en een tour met Iggy Pop. “Dat was in zijn heroïne-periode en die band… Dat waren ook geen leuke jongens. Dus het was echt hard werken om hun respect te krijgen. In die tijd stelde je als voorprogramma niks voor.”

“Totdat één van die bandleden ons zag optreden en ze opeens met z’n drieën stonden te kijken. Maar je kwam niet bij elkaar in de kleedkamer. In Engeland al helemaal niet, daar is alles veel strakker georganiseerd dan hier. Maar daar hebben we veel van geleerd. En ik heb het allemaal meegemaakt, dus het is niet voor niks geweest.”

“De tijd staat stil, maar de klok tikt door”

Voor niets was het zeker niet. Koos zet zijn ervaringen en opgebouwde netwerk in bij Café Wilhelmina. En zijn muzikale tentakels lijken wel tot elk mogelijk genre te grijpen. Aan de muur achter Koos hangt een krantenartikel met foto van het optreden van de Limburgse volkszangeres Beppie Kraft in het Café Wilhelmina. Het artikel is vers, van februari dit jaar.

Op het podium staat al meer dan vijftig jaar dezelfde piano. Die wordt, zoals Koos zegt, vreselijk mishandeld: “Met carnaval staan Jan en alleman erop te dansen, kinderen kruipen eronder en erop. Hij is al tig keer van het podium af geknald, verloor een poot… Maar ja, we repareren en stemmen hem gewoon en hij kan er weer mee door.”

Wilhelmina
Wilhelmina
Wilhelmina
Foto: Max Kneefel | Café Wilhelmina

Ook onder de vaste bezoekers van het café hangt een tijdloze sfeer. Toen een oud-werknemer het café voor het eerst in vijftien jaar binnenstapte, verwachtte hij verraste blikken. “Dat zag je aan zijn gezicht”, zegt Koos. “Maar niemand die gek opkeek. Geen vragen als ‘hoe is het nou, na al die tijd?’. Nee, hij schoof aan met een biertje. Het was alsof die nooit weg was geweest. Hij voelde zich meteen thuis.”

Koos schudt de tafel heen en weer. Hij geeft geen kick. “Die gaat ook al tientallen jaren mee. Als die in elkaar zakt, draaien we er een paar schroeven in. Vervangen doen we niet. De tijd staat stil hier, maar de klok tikt door.”

De toekomst in met de oude formule

Café Wilhelmina heeft aardig wat crises overleefd, waar andere muziekkroegen sneuvelden. Het rookverbod, de verhoging van de alcoholleeftijd en corona. “Corona heeft ons gek genoeg juist meer samengebracht. ‘S nachts kwamen we hier om te klussen en we zijn erna meteen weer concerten gaan organiseren. We zitten beter in ons vel dan ooit.”

Of er toch stiekem door de jaren heen niet ook heel is veranderd? “As je het dan over deze plek hebt… Tenten zoals deze zijn verdwenen. Dus we hebben er enorm veel publiek bijgekregen. Maar de muzieksmaak van het publiek is zo vreselijk veranderd, met name door het hele dj-gebeuren. Die zijn eigenlijk gewoon ook artiesten geworden. Die nieuwe stromingen, daar ben ik niet zo van.”

Ook al is elektronische muziek al jarenlang razend populair, het café blijft vasthouden aan de oude formule: een plek waar jonge muzikanten, talentvol of minder talentvol, een podium krijgen. De scholieren van Het Augustinianum hebben in Café Wilhelmina zelfs hun eigen jaarlijkse festival: Augpop, waar ze zelf optreden.

“Ja, dat is een enorme chaos: helemaal vol met muzikanten en instrumenten, en de familie natuurlijk. Het sjouwt allemaal door elkaar heen. En die jonge mensen zijn allemaal vreselijk nerveus. Want ja, ze gaan bij Café Wilhelmina spelen. Op een echt podium. En dat vind ik heel belangrijk; dat we mensen stimuleren om het aan te pakken, het te durven en het nog beter te gaan doen. De eerste stap; dat is Wilhelmina altijd geweest.”

Wilhelmina
Foto: Max Kneefel | Café Wilhelmina

Ook met 71 jaar op de teller is Koos nog steeds niet weg te slaan uit het café, waar hij tot op de dag van vandaag jammend op zijn gitaar te vinden is: “Daar houd ik nooit mee op.” En met programmeren? “We zijn al bezig met het zoeken van een opvolger. Op een gegeven moment word je er echt te oud voor. Maar dat doen we langzaamaan, dat is een kwestie van jaren. Ik vind het nog steeds veel te leuk. Als er weer een vet optreden is geweest, kan ik daar nog een op week op teren.”

Ook werkt Café Wilhelmina in haar programmering van livemuziek samen met Effenaar. “Met de Effenaar is een mooie samenwerking tot stand gekomen; Effenaar organiseert bij ons concerten die net te weinig publiek trekken voor hun kleine zaal, dus zo’n 150 tot 200 bezoekers. Bij Wilhelmina is dat de limiet, dus full house.” Check hier welke acts er binnenkort langskomen:

Contact

Dommelstraat 25611 CK Eindhoven

info@effenaar.nl+31 (0)40 311 83 12